Schadevergoeding en smartengeld

Wanneer een slachtoffer geworden bij een verkeersongeval zoals een botsing tussen auto’s, fietsen en/of auto’s en/of voetgangers, dan kan door het slachtoffer aanspraak worden gemaakt op een schadevergoeding wegens door andere, betrokken partij veroorzaakte letselschade.

De schadevergoeding bestaat uit:

 

• gemaakte en te maken kosten

• inkomensschade

• smartengeld

 

Bij gemaakte en te maken kosten kan gedacht worden aan medische kosten, reiskosten en kosten die het slachtoffer genoodzaakt was te maken voor de overname van taken (bijvoorbeeld huishoudelijke taken) en (mantel) verzorging thuis.

Inkomensschade kan ontstaan zijn als gevolg van (langdurige) arbeidsongeschiktheid, bijvoorbeeld omdat het slachtoffer door whiplash klachten, (niet aangeboren) hersenletsel (NAH), of een botbreuk tijdelijk of volledig is uitgevallen voor werk.

Smartengeld is vermeld in de wet (artikel 6: 106 BW) en is een schadevergoeding die het slachtoffer kan claimen doordat als gevolg van het verkeersongeval pijn wordt geleden, verdriet wordt gedragen, slapeloze nachten worden ervaren,  of geestelijk leed en/of de levensvreugde sterk is verminderd door het letsel. Het is een onderdeel van de letselschadevergoeding waarop altijd recht bestaat, zowel bij zwaar veroorzaakt letsel als bij lichte letsel klachten.

Een verkeersongeval heeft namelijk ook gevolgen die niet op geld waardeerbaar zijn zoals een botbreuk, nekklachten en verwondingen die leiden tot pijnklachten, verdriet of psychische klachten. Financiële compensatie hiervan levert een schadevergoeding wegens smartengeld op, ook wel immateriële schade die is ontstaan na het verkeersongeval. In feite betreft het hier schadevergoeding voor niet direct bij het slachtoffer zichtbare schade ook wel emotionele of psychische schade. Daarom is het lastig om deze vorm van schade concreet te maken met een specifiek bedrag.

 

In Nederland bedraagt de hoogste schadevergoeding die voor smartengeld is vergoed € 338.000,00. Daarentegen is de hoogste schadevergoeding die in Nederland is betaald voor alle letselschade nog onbekend.

Eenmaal gewond geraakt als gevolg van een verkeersongeval, fietsongeval of bedrijfsongeval, wil het slachtoffer uiteraard de hoogste schadevergoeding die in Nederland verkrijgbaar kan zijn. Hiervoor is deskundige bijstand en de jarenlange ervaring van een advocaat letselschade zoals Mikipedia Advocatuur van belang die iedere stap in de letselschade kwestie zorgvuldig zal nemen en in samenspraak met het slachtoffer van de letselschade. Vaak kan een advocaat het slachtoffer kosteloos bijstaan bij het claimen van letselschade. Het letselschade traject ziet er samengevat als volgt uit:

 

• onderzoek naar de toedracht en het ontstaan van het verkeersongeval alsmede wie aansprakelijk is voor ontstaan van letselschade bij slachtoffer

• opstellen van de aansprakelijkheidsbrief en de andere, betrokken en veroorzakende partij en diens verzekeraar aansprakelijk stellen

• na erkenning van aansprakelijkheid door verzekeraar van veroorzakende andere partij een eerste schadestaat opstellen bestaande uit verscheidene schadeposten die geclaimd worden

• op basis van de schadestaat een voorschot op de schade claimen ten behoeve van het slachtoffer

• inschakelen van een medisch adviseur

• indien nodig het inschakelen van een arbeidsdeskundige

• onderhandelen met de verzekeraar van de veroorzakende partij over de hoogte van de schadevergoeding

• ervoor zorgen dat het slachtoffer een zo hoog mogelijke schadevergoeding zal krijgen die in diens situatie mogelijk is

 

Welk bedrag het slachtoffer uiteindelijk aan smartengeld ontvangt, is van verschillende factoren afhankelijk. Allerlei aspecten hebben invloed op de hoogte van smartengeld,  bijvoorbeeld van de ernst van het ontstane letsel, de leeftijd van het slachtoffer, het soort verkeersongeval dat het slachtoffer nu en/of in het verleden (met een zelfde soort letsel) heeft gehad en de eerdere medische beperkingen die het slachtoffer al ondervond vóór het verkeersongeval.

Om de exacte hoogte van het te claimen smartengeld te kunnen bepalen, wordt deze letselschade zaak vergeleken met andere vergelijkbare zaken. Uitspraken van rechters hierover zijn gebundeld in de Smartengeldgids en kunnen een goede richtlijn zijn voor de hoogte van het smartengeld waar het slachtoffer recht op heeft. De Smartengeldgids is onderverdeeld in verschillende soorten ongevallen, incidenten en letsels. Op voorhand is het moeilijk om te kunnen vaststellen op welke schadevergoeding wegens smartengeld het slachtoffer recht heeft. Om dit te kunnen bepalen moet eerst het herstel van het letsel van het slachtoffer worden afgewacht. Pas wanneer er een medische (objectieve) eindsituatie is bereikt, kan goed worden beoordeeld welke impact het verkeersongeval heeft op de kwaliteit van leven van het slachtoffer. Wel kan de advocaat doorgaans een inschatting kunnen geven. 

De verzekeraar van de andere, veroorzakende partij keert de schadevergoeding waaronder ook de smartengeldvergoeding netto uit. Het slachtoffer hoeft hierover dus niet nadien inkomstenbelasting te betalen. Wél kan het zijn dat het slachtoffer eventueel vermogensbelasting moet betalen omdat het vermogen door de smartengeldvergoeding kan zijn toegenomen.

Indien het slachtoffer een bijstandsuitkering ontvangt, dan is de schadevergoeding waaronder ook de  smartengeldvergoeding over het algemeen niet van invloed op de hoogte van de bijstandsuitkering. Die  uitkering wordt dus niet gekort. Daarentegen geldt er meestal wel een limiet die per gemeente in Nederland verschilt.